Waarom je mogelijk financieel voordeel boekt door de digitale meter nu zelf aan te vragen

De digitale meter blijft beroeren. De voorbije weken stelden verschillende oppositiepartijen naar aanleiding van een kostenstudie door het SERV de verplichte uitrol opnieuw in vraag. Maar is de digitale meter eigenlijk wel echt nadelig voor jouw portemonnee? Mijnenergie.be voerde een simulatie uit op basis van de actuele energieprijzen. We keren even twee weken terug in de tijd. De Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV) publiceerde een rapport dat wees op een hogere kostprijs van de ‘Vlaamse’ uitrol van de digitale meter ten opzichte van de rest van Europa. Het vormde het sein voor Vlaams Belang en PVDA om de verplichte plaatsing te bekritiseren. Open Vld maakte zich dan weer zorgen over het wegvallen van het nodige draagvlak. Ondertussen heeft Fluvius de argumentatie van de SERV ontkracht, maar blijft het ongenoegen smeulen. Dat lang niet iedereen de digitale meter met open armen ontvangt, is een understatement. Vlaams minister van Energie Zuhal Demir (N-VA) wees als tegenreactie onlangs nog op verschillende voordelen als de ingebouwde spanningsmeter om uitvallende zonnepanelen proactief te detecteren, betere inzichten in het energieverbruik en de mogelijkheid tot maandfacturatie. Tegenstanders opperen dan weer dat de digitale meter en het systeem van gescheiden verbruik en injectie de factuur van eigenaars van zonnepanelen hoger doet oplopen. Maar klopt dat wel?

Vaste injectietarief

Voor een objectieve analyse is het belangrijk om te kiezen voor energieprijzen die in de loop van het jaar niet meer wijzigen. Waar de meeste energieleveranciers al een vast verbruikstarief aanrekenen, is het aantal opties voor de injectievergoeding – of het bedrag dat de energieleverancier je betaalt voor de zonnepanelenstroom die je niet meteen verbruikt en op het stroomnet injecteert – vooralsnog zeer beperkt. Het tarief Engie Easy Fixed voldoet wel aan dat criterium en fungeert bijgevolg als databron voor deze simulatie.

Lagere energiefactuur versus overheidspremie

Voor de berekening gaan we uit van het verbruik van een gemiddeld gezin. Bij een klassieke meter draait de teller helemaal terug tot een nettojaarverbruik van 0 kilowattuur. In het geval van een digitale meter bedraagt het zelfverbruik 36%. Dat betekent dat de eigenaar van de digitale meter nog geen inspanningen heeft gedaan om zijn verbruik beter op de productie van zijn zonnepanelen af te stemmen. Slaagt hij daar wel in, dan zal zijn factuur lager liggen dan de bevindingen uit onderstaande simulatie.

Bij de huidige energieprijzen betalen eigenaars van een digitale meter jaarlijks 444,15 euro meer voor elektriciteit ten opzichte van gezinnen met een analoge meter. Daar tegenover staat dat je nog altijd bij Fluvius kunt aankloppen voor de retroactieve investeringspremie van de Vlaamse overheid voor zonnepanelen. Wie zijn zonnepanelen bijvoorbeeld al in 2016 liet plaatsen, geniet bij de plaatsing van de digitale meter in 2024 van een tegemoetkoming van 382 euro per 1 kilowattpiek omvormervermogen. Gaan we voor de simulatie uit van een omvormervermogen van 3,5 kilowattpiek, dan ontvang je 1.337 euro. Die premie daalt verder in 2025, om in 2026 helemaal te verdwijnen. Door nu zelf een digitale meter aan te vragen, weegt de premie zwaarder door dan de hogere energiekosten die je twee jaar lang betaalt, mocht de verplichte plaatsing van de digitale meter bij jouw woning in 2026 plaatsvinden. Hoe het plaatje er uiteindelijk voor jouw situatie uitziet, hangt af van verschillende factoren. Zo hangt het premiebedrag af van het jaar waarin jouw zonnepanelen zijn geplaatst (https://www.fluvius.be/nl/premies/retroactieve-investeringspremies/zonnepanelen), hoe lang het nog duurt vooraleer Fluvius de digitale meter bij jou komt plaatsen (https://www.fluvius.be/nl/meters-en-meterstanden/digitale-meter/wanneer-krijg-ik-een-digitale-meter/planningschecker) en de evolutie van de energieprijzen. Voor de volledigheid: tegen 31 december 2024 moet Fluvius minstens 80% van de digitale meters geplaatst hebben. Uiterlijk op 1 juli 2029 moeten alle meters vervangen zijn door een digitale meter. [cta_box color=”blue”]